WAB-date #8: WW-premiedifferentiatie

WW-premiedifferentiatie

Dit is blog acht in een serie van WAB-dates. Onze WAB-dates zijn korte updates over verschillende onderwerpen uit de Wet arbeidsmarkt in balans (WAB). In iedere WAB-date staan wij stil bij een onderdeel van het arbeidsrecht dat door de WAB gewijzigd wordt. In deze WAB-date staat de WW-premiedifferentiatie centraal.

WW-Premiedifferentiatie

De WAB heeft een premiedifferentiatie geïntroduceerd voor de WW op basis van de aard van het contract. Er komt een lage premie en een hoge premie voor werkgevers. Het verschil in hoogte is vijf procent. De premie wordt berekend over het zogenaamde sociale verzekeringsloon (sv-loon).

2020 2021
Premie laag 2,94% 2,70%
Premie hoog 7,94% 7,70%

Wanneer betaalt de werkgever de lage WW-premie?

De hoofdregel is dat een werkgever de lage WW-premie betaalt voor werknemers die werkzaam zijn op basis van een schriftelijke arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd, die geen oproepovereenkomst is. Wat een oproepovereenkomst is, lees je hier.

In de volgende gevallen betaalt de werkgever de lage WW-premie, zelfs al is geen sprake van een schriftelijke arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd:

  • Arbeidsovereenkomsten die gesloten worden in het kader van de beroepsbegeleidende leerweg (BBL).
  • Bij werknemers die jonger zijn dan 21 jaar en per maand minder dan 52 uur werken of per vier weken minder dan 48 uur werken.
  • Over uitkeringen op grond van werknemersverzekeringen (WW, ZW, Wet WIA, WAZO): zowel in het geval dat UWV de uitkering rechtstreeks betaalt aan de werknemer als in het geval dat de werkgever de uitkering ontvangt en aan de werknemer doorbetaalt.

Wanneer betaalt de werkgever de hoge WW-premie?

In alle gevallen die niet vallen onder de lage WW-premie, is de hoge WW-premie verschuldigd. Bijvoorbeeld in het geval van een oproepovereenkomst voor (on)bepaalde tijd, een nuluren- of min-maxcontract of een arbeidsovereenkomst voor (on)bepaalde tijd die niet schriftelijk is vastgelegd. Wordt meer dan 30% van de overeengekomen uren overgewerkt? Dan geldt ook de hoge premie.

Herzien van lage WW-premie

Vanaf 1 januari 2022 geldt de 30% herzieningssituaties. Als de werknemer binnen een kalenderjaar 30% of meer uren krijgt uitbetaald dan overeengekomen met de werkgever, wordt de lage WW-premie herzien en is met terugwerkende kracht de hoge WW-premie verschuldigd .

Dit is niet van toepassing op contracten die zijn aangegaan voor 35 uur of meer per week.

Aanvankelijk was de herzieningssituatie van toepassing met ingang van 2020. In sectoren waar door het coronavirus veel extra overwerk nodig was (bijvoorbeeld de zorg) zou dat leiden tot onbedoelde gevolgen. Daarom hoeft geen enkele werkgever over het jaar 2020 en 2021 met terugwerkende kracht de hoge WW-premie te betalen.

Na 2020 wordt nog bekeken of, en zo ja wanneer, twee aanvullende herzieningsgronden in werking zullen treden. Dit zijn:

  • Als de werknemer binnen een jaar na de aanvang van de dienstbetrekking een WW-uitkering ontvangt.
  • Als de werknemer een WW-uitkering krijgt toegekend, terwijl maximaal een jaar eerder bij dezelfde werkgever het lage percentage moest worden herzien op de voorgaande grond (binnen een jaar WW-uitkering).

Advies?

Houd rekening met het verschil in hoogte van de lage en hoge WW-premie en pas eventueel het HR-beleid hierop aan (bijvoorbeeld sneller een onbepaalde tijdcontract en/of niet op oproepbasis). Zorg er in ieder geval voor dat correcte informatie weergegeven wordt op de loonstrook ter voorkoming van boetes.

Heeft u vragen over de WW-premiedifferentiatie of de WAB? Neem dan contact op met onze sectie arbeidsrecht via het e-mailadres arbeidsrecht@vangelderadvocaten.nl of telefonisch via 088- 88 40 840. Wij helpen u graag verder.